Zoeken in deze blog

woensdag 8 juni 2011

Het Beroepscollege – een algemene schets

De leerlingen zijn ingedeeld in kleinschalige groepen van maximaal 20 leerlingen, docenten en andere medewerkers werken samen in teams o.l.v. een teamleider. De locatieleider geeft leiding aan teamleiders. Hij bewaakt en ontwikkelt het onderwijskundig concept en is verantwoordelijk voor de kwaliteitscontrole, middels zelfevaluatie en audits. Hij legt verantwoording af aan de centrale directeur.


De teamleiders sturen de teamleden aan, die lid zijn van een team op basis van het mentoraat. Een mentor is verantwoordelijk voor het leerproces en schoolloopbaan van de leerling. Hij verzorgt ook lessen en loopt de hele schoolloopbaan of een gedeelte ervan met een basisgroep leerlingen mee.

De ambitie is de basisgroepen zo breed mogelijk in te richten: van VMBO-T t/m PRO. Iedere ochtend wordt gestart in de basisgroep, waarna de leerling zijn gepersonaliseerde programma gaat volgen. Dat kan in een homogene groep zijn, die dezelfde workshop aangeboden krijgt, maar ook in gemengde groepen die gezamenlijk leeractiviteiten ontwikkelen. Iedere leerling loopt zijn eigen route/rooster.

De mentor van de groep is de organisator van het leerproces van de leerling. De mentor kan meerdere jaren aan een groep verbonden zijn. Het team bestaat uit medewerkers die breed inzetbaar zijn, d.w.z. in staat zijn meerdere vakken te verzorgen, althans wanneer het niveau dit toelaat en dat gezamenlijk besluit over de benodigde competenties. Dit om kleinschaligheid en herkenbaarheid van leerlingen te vergroten.

In de bovenbouw of bij flexibele doorstroming volgen leerlingen naast onderwijs op de eigen locatie ook onderwijs met de volgende mogelijkheden:
1.  De leerling kiest voor de diplomalijn techniek en gaat naar Coriopolis (op het moment dat deze voorziening ook gerealiseerd is).
2.  De leerling kiest voor de diplomalijn en gaat naar de centraal georganiseerde interne miniondernemingen. Te denken valt o.a. aan een bakkerij, wasserij, body-shop, tuinonderhoud, auto-make-up, kwik-fit, productiewerk, pimpbedrijf, schoonmaakbedrijf, winkel, restaurant, (tuin)meubelmakerij, metaalbedrijf en timmerfabriek. (en alles wat medewerkers in hun ondernemendheid, het liefst in samenwerking met het bedrijfsleven, willen ontwikkelen en waar leerlingen betekenisvol en met complexe opdrachten kunnen leren).
3. De leerling kiest voor arbeidsmarktgerichte leerlijn en gaat intern/extern stagelopen.

Een gedeelte van de week zal de leerling op een van de andere locaties verblijven, de rest van de week is hij terug op zijn eigen locatie.


Tijdens de ontwikkeling in de praktijk kan blijken dat op bovenstaande algemene schets wijzigingen nodig zijn. Dit is dus geen blauwdruk, maar echt een illustratieve schets.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten